Ooievaarskolonie Zoo Planckendael blijft records breken

Het is een traditie waar het park elk jaar naar uitkijkt: het ringen van de ooievaarsjongen. Met een hoogtewerker gaan de experts van ZOO Planckendael vandaag van boom tot boom op bezoek bij elk ooievaarsnest om de ooievaarsjongen te ringen. Zo kan het dierenpark belangrijke informatie verzamelen over hun trek, voortplanting en gedrag. ZOO Planckendael ontving vorig jaar het grootste aantal ooievaars in zijn geschiedenis. Dit jaar deden de ooievaars er nóg een schepje bovenop en bouwden maar liefst 82 nesten.

 

 

De timing van de ringronde is cruciaal. Als de jongen te groot zijn, dan vliegen ze al weg. Zijn ze te klein, dan past hun ring nog niet en kunnen ze hem verliezen. Zijn ze precies oud genoeg, dan houden ze zich doodstil, terwijl ze twee ringen krijgen.

Een unieke groei

De verzorgers hebben hun handen vol want het ooievaarsgeklepper klonk nooit eerder zo luid. De grootste ooievaarskolonie van het land breidt nog verder uit en vestigt opnieuw een record. In 1991 kregen de eerste tien ooievaarsjongen in ZOO Planckendael een ring rond hun poot. Het park telde toen drie nesten. Tien jaar later, in 2001, telde het park 22 nesten en kregen 23 jongen een ring. Dit jaar telt het dierenpark maar liefst 82 nesten.

 

Planckendael ligt op een natuurlijke trekroute

Overwinteren doen de ooievaars tussen Spanje en West-Afrika. Sommigen vliegen meer dan 4 000 kilometer met een gemiddelde van 300 kilometer per dag. De ooievaarstrek naar het zuiden heeft niets met hun zoektocht naar warmere oorden te maken, zoals weleens wordt gedacht. Ze vliegen naar het zuiden omdat daar in de winterperiode meer voedsel te vinden is. Een gevaarlijke tocht, want hoogspanningskabels zijn een grote vijand van ooievaars.