Dinsdagavond omstreeks 18u45 is in Pairi Daiza de Aziatische olifant Aye Chan May bevallen van een kalfje. Het vrouwtje verkeert net als haar moeder in goede gezondheid en wordt met veel liefde omringd door ‘May’ en haar team van verzorgers. Het is al de derde keer dat in Pairi Daiza een olifantenkalf gezond en wel ter wereld komt.
Ook voor de 23-jarige Aye Chan May zelf is dit het derde kalfje. In 2009 beviel ze in haar toenmalige verblijf in de zoo van Keulen van een zoontje Khing Yadanar Min. De intussen negenjarige stier verblijft tegenwoordig gezond en wel in de Zoo van Heidelberg. Haar tweede kalf had minder geluk. In 2016 overleed het hier in Pairi Daiza vlak na de geboorte aan een misvorming, wat uiteraard voor heel wat emotie zorgde bij zowel May als haar verzorgers. Dat deze keer alles wel voorspoedig verliep, was een hele opluchting voor het hele team van Pairi Daiza.
Vader van het pasgeboren kalfje is de 18-jarige stier Po Chin, die sinds 2010 in Pairi Daiza verblijft. In Pairi Daiza heeft hij met Ta Wan al een zoontje van anderhalf jaar oud rondlopen – moeder van Ta Wan is de matriarch Khaing Hnin Hnin.
Tim Bouts, hoofddierenarts en zoölogisch directeur van Pairi Daiza: «De manier waarop de bevalling verlopen is, was zeer bijzonder. Onze teams zijn om halfzeven ’s avonds aangekomen in het olifantenverblijf, waar May de eerste tekenen van een nakende bevalling begon te vertonen. De vruchtzak was al goed zichtbaar en een paar minuten later is het kalfje ter wereld gekomen. Het is dus ongelooflijk snel gegaan. Het meisje is kerngezond, dat zagen we ogenblikkelijk. Het zit goed. Een fantastisch gevoel voor iedereen die met onze olifanten begaan is. »
Rob Conachie, hoofd olifanten bij Pairi Daiza: : «Dit is een van de snelste geboortes die ik ooit meegemaakt heb. May heeft het fantastisch gedaan en ze doet het heel goed met haar pasgeboren kalfje. Ze is kalm en teder, en respecteert ook de aanwezigheid van haar verzorgers. Sowieso is zij van nature een heel kalme olifant. Alles loopt eigenlijk op wieltjes.
