Dit voorjaar staat Artis opnieuw in bloei met maar liefst 150.000 bollen in 212 soorten. Deze maand laten 9.000 krokussen, sneeuwklokjes en narcissen zich bewonderen. De komende maanden ontluiken in de bloemperken ook anemonen, cyclamen, irissen, hyacinten, sneeuwroem, sieruien, keizerskronen, boslelies en tulpen.
Vanaf de oprichting in 1838 is Natura Artis Magistra een stads- en wandelpark vol met speciale bloemen, struiken en bomen. Artis is uitgegroeid tot een volwassen park en niet weg te denken als erfgoed en als onderdeel van een bijzondere stadsecologie.
Wie in het groene hart van Amsterdam wandelt, beleeft een kleurrijk voorjaar. Want Artis staat in bloei, alle seizoenen.
bollen
Artis staat van het vroege voorjaar tot aan de winter in volle bloei. Subtiele veranderingen in licht en atmosfeer zorgen ervoor dat we het seizoen intens beleven. In Artis proberen we de sfeer van ieder seizoen te creëren met de beplanting.
Nieuw dit jaar is dat elk bloembed een andere kleurstelling en vorm heeft gekregen. Het veld tegenover de zwarte kuifmakaken wordt knalrood met een kronkelende ‘witte veeg’ aan tulpen. Langs de Papegaaienlaan wisselen rode kolen en zachtgele tulpen elkaar af. Bijzonder is dat bij het Aquarium een tulpenpatroon gemaakt is in de vorm van een zonnebloem: een donker hart, met oranje en gele uitloop van de speciaal voor Artis gekweekte tulp.
tulpengekte
In het Artis-park staan straks 91 soorten tulpen in bloei. In de Hollandse tuin zijn van dit nationaal symbool van Nederland voor het eerst 19 soorten oude tulpenrassen samengebracht. De oudste stamt af van een soort uit 1630 die de naam ‘Paragon Everwijn’ draagt. Andere opvallende historische tulpennamen: ‘Gouden Standaard’, ‘Duc van Tol’, ‘Gele Prins’ en de ‘Amiral de Constantinople’.
De laatste tulpennaam verwijst naar Turkije, de herkomst van de tulp. Ten tijde van het Ottomaanse Rijk droegen sultans een tulp op hun tulband, de ‘tulipan’, waarvan vervolgens de naam tulp werd afgeleid. In de 17de eeuw ontstond de ‘tulpengekte’ in de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. Tulpenbollen werden speculatieve handelswaar. De prijzen waren zo hoog dat sommige mensen bereid waren evenveel te betalen voor een zak tulpenbollen als voor een rijtje Amsterdamse grachtenpanden. In 1637 zakte de ‘bollenmarkt’ even plotseling in als zij ontstaan was.
