Allan Herschell Company was een bouwer van attracties, voornamelijk van draaimolens en kleine achtbanen. Het bedrijf werd opgericht in 1915 te North Tonawanda, Amerika. Men bouwde attracties die gemakkelijk vervoerbaar waren, zodat men deze op veel kermissen tegen kwam. Maar de achtbaantjes waren ook in heel wat pretparken terug te vinden.
Herschell richtte samen met James Armitage de Armitage Herschell Company op in 1873. Het bedrijf produceerde stoommotoren, boilers, liften, dynamo’s en schommels.
Rond 1880 bezocht Allan Herschell New York, waar hij een nieuw type populaire attractie zag, de carrousel. Deze bestond uit een rond platform, met daarop uit hout gesneden paarden. De draaimolen werd aangedreven door een stoommotor.
Wanneer hij terugkeerde stelde hij voor aan zijn partner Armitage om zelf deze attractie te gaan bouwen. Aangezien zij al stoommotoren bouwden en de nodige tandwielen, besloten ze er enkele te bouwen om te kijken of het succesvol zou zijn. Het eerste exemplaar was klaar in 1883 en het werd zo’n succes dat hun zaak met 50% groeide.
Het bedrijf bleef draaimolens bouwen tot 1899, toen het failliet ging. James Armitage ging in de politiek en Allan Herschell vond bij zijn schoonfamilie nieuwe partners en samen begonnen ze het bedrijf Herschell-Spillman Company. Dit bedrijf ging ook draaimolens bouwen.
De Herschell-Spillman Company begon ook met de bouw van Razzle Dazzle Striking Machines, waarbij je met een zware hamer op een plaatje moet slaan, om een gewicht omhoog te krijgen dat tegen een belletje gaat. Ook bouwden ze miniatuur treintjes voor amusementsparken. Door de komst van de benzine motor, werd een extra afdeling opgericht, waarin ze motoren voor auto’s gingen bouwen.
Allan Herschell trok zich terug uit het bedrijf in 1913. Na drie jaar nietsdoen besloot hij opnieuw zaken te gaan doen. Hij kocht een gebouw in North Tonawanda en nam personeel aan. Dit bedrijf opende in 1916 de deuren.
Hij was op dat ogenblik een concurrent geworden voor zijn voormalige partners, de Spillmansen. Hierdoor besloot men bij de Herschell-Spillman Company om hun naam te wijzigen in Spillman Engineering. Beide bedrijven zouden vier decennia lang elkaars grootste concurrent zijn.
Herschell ging later ook andere attracties bouwen voor kleine kinderen, deze kregen de naam Kiddieland. Ook aan de thrillseekers werd gedacht met de Twister, Hurricane, Flying Bobs en Sky Wheel.
In de jaren 1950 of iets vroeger verhuisde het bedrijf naar Buffalo, New York. Hier begon men ook met de bouw van kleine achtbanen, de Little Dipper. Deze opende voor het eerst in het pretpark Enchanted Island dat toen nog Kiddieland noemde.
In totaal werden 177 achtbanen in pretparken geplaatst, maar ook heel wat op de kermis. Momenteel zijn er nog minder dan dertig hiervan in werking.
In het begin van de jaren 1970 werd het bedrijf uiteindelijk verkocht aan Chance Manufacturing. Dit bedrijf kennen we nu als Chance Rides.
Bronnen: Wikipedia, RCDB, theoldmotor.com,
