De laatste ringronde in ZOO Planckendael brengt indrukwekkend nieuws voor het Mechelse dierenpark: de grootste ooievaarskolonie van het land overschrijft zijn eigen records. “In 2024 tellen we 166 jongen, dat is exact hetzelfde als het record van vorig jaar. Dit jaar mogen we ook 71 succesvolle nesten noteren, dat zijn er tien meer dan vorig jaar”, vertelt verzorger Olivier. Dat is niet de enige bijzonderheid in 2024: “Bij één koppel is net nog een jong ui het ei gekomen. Dat is uniek zo laat in het seizoen.”
Het begon dit jaar nochtans niet rooskleurig voor de grootste ooievaarskolonie van ons land. “Door de zware regenval in het voorjaar zijn er helaas heel wat kuikens gestorven. Verschillende koppels bleven achter met een leeg nest”, vertelt verzorger Olivier. Op het historische kasteel van ZOO Planckendael is er echter iets bijzonders gebeurd. “Eén van de vogels heeft daar na het verliezen van haar jong nieuwe eieren gelegd. Eind juni is daar een gezond kuiken uitgekomen. Een zeer bijzonder en interessant voorval, aangezien alle andere kuikens al weken oud zijn.”
Het nakomertje is nog een stuk kleiner dan zijn leeftijdsgenoten. “Het jong zal nog negen à tien weken doorbrengen op het nest bij zijn ouders en nadien nog zes weken in de buurt rondcirkelen, zo gebeurt het altijd bij ooievaars. In die periode zullen de andere ooievaarsjongen al even op weg of zelfs al in het Zuiden zijn. Met wat geluk kunnen bezoekers deze benjamin dus nog langer spotten.”
Hoogtepunt van het jaar
Het is een traditie waar het park elk jaar naar uitkijkt: het ringen van de ooievaarsjongen. Met een hoogtewerker gaan de experts van ZOO Planckendael van boom tot boom op bezoek bij de ooievaarsnesten om de jongen te ringen. Zo kan het dierenpark belangrijke informatie verzamelen over hun trek, voortplanting en gedrag.
“De timing van de ringronde is cruciaal. Als de jongen te groot zijn, dan vliegen ze al weg. Zijn ze te klein, dan past hun ring nog niet en kunnen ze hem verliezen. Zijn ze precies oud genoeg, dan krijgen ze twee ringen, terwijl ze zich doodstil houden. Hun ouders houden het nest van op een afstandje in de gaten en komen meteen weer polshoogte nemen achteraf”, weet Olivier.
Decennia succes
Al sinds 1990 strijken de ooievaars neer in ZOO Planckendael. Destijds waren er amper ooievaars die de westelijke trekroute namen. “Maar daar kwam verandering in met zes van deze prachtige zwart-witte vogels vanuit ons park. Deze broedkoppels kregen de kans om in augustus te vertrekken naar warmere oorden. Ze trokken wel 5.000 kilometer naar Zuid-Spanje en zelfs naar West-Afrika om te overwinteren. Ze gingen niet op zoek naar warmte, maar wel naar voedsel. En ze keerden terug. Opnieuw, en opnieuw, en opnieuw. In 1991 hielden we de eerste ringronde bij 10 ooievaarsjongen. Elk jaar strijkt de steeds groter wordende groep in ZOO Planckendael weer neer en ondertussen is het de grootste kolonie van ons land met 376 vogels waarvan 210 volwassenen en 166 jongen”, licht woordvoerster Amanda Wielemans toe.
