In de kijker: Verschillende types pretparkbezoekers

Een druk dagje pretpark, dat betekent uiteraard een massa volk. Als je even de tijd neemt, om de mensen rondom je te observeren, zie je telkens weer bepaalde types de revue passeren.

Wij geven je even een klein overzichtje:

  1. De adrenaline-freak: Deze persoon komt uiteraard naar het park voor de hoogste, de snelste of de meest intense achtbaan of thrill ride. Hij kan niet genoeg krijgen van de G-krachten. Hij gaat niet naar huis voordat hij alle hevige attracties minstens 20 keer heeft gedaan. Hij zal ook nooit angstig gillen in een attractie, maar eerder een overtuigend stoer ‘yeah’ geluid uitkramen tijdens de rit.
  2. De bangmaker: Hij probeert zijn gezelschap altijd angst in te boezemen door op te scheppen over het aantal loopings en andere inversie-elementen in de achtbaan. Bij indoor achtbanen vertelt hij altijd dat er zeker 6 loopings aanwezig zijn en bij thrill rides haalt hij verhalen boven over mensen die gestorven zijn door de adrenaline die deze attractie veroorzaakt.
  3. De wandelende encyclopedie: Dit type weet alles over het desbetreffende pretpark. Hij weet de persoon naast hem direct te vertellen wanneer het park is geopend, door welke bouwer de achtbaan voor hen is gebouwd en welke attractie er vroeger op deze plek stond.
  4. De giller: Deze persoon gilt bijna in elke attractie. Zelfs wanneer de attractie totaal niet eng is. Kenmerkend voor dit type is de felle hoge krijsende stem.
  5. De stille persoon: In eerste instantie waren ze niet van plan om naar het pretpark te komen, maar bezweken onder de groepsdruk van bijvoorbeeld klasgenoten. Ze zijn niet zo tuk op de snelle attracties zoals achtbanen, ze houden het liever bij de rustige attracties of de horeca gelegenheden. De kin tegen de borstkas en ogen dicht is hun geliefkoosde houding om deze spannende rit te overleven.
  6. De voorstekers: Er zijn altijd wel enkele bezoekers, die het nodig vinden telkens voor te steken. Ze verzinnen de beste smoesjes om toch maar dat ene plaatsje te bemachtigen dat een meter dichter is bij de ingang van de attractie.
  7. De koppeltjes: In elke wachtrij zijn ze wel te vinden, de zoenende koppeltjes. Kusje hier, knuffeltje daar, leuk bij een wachtrij van 60 minuten of meer. Huur een kamer.
  8. De groepsmens: Een groep mensen die het nodig vind om absoluut met zen allen in hetzelfde treintje te zitten, een treintje later of vroeger is uitgesloten.
  9. De blije kinderen: Deze kinderen hebben zich al heel de dag zitten volvreten met snoepgoed en andere suikerwaren, wat uiteraard leid tot hyperactieve kinderen die elke attractie willen doen met een gelukzalig gevoel. Hun ouders horen niets anders meer dan de zin “laten we nog een keer gaan”.
  10. De niet-zo-blije kinderen: Deze kinderen willen helemaal nergens in, bij elke attractie beginnen ze te huilen.
  11. Het ik-mag-ook-eens buiten type: Dit type verplaatst zich vaak in groep en is al bier aan het drinken van ‘s morgens vroeg. Ze roepen de marginaalste zinnen en laten iedereen weten dat ze aanwezig zijn in het park. Ze weten de raarste posities vast te leggen op foto. Het begrip ‘kotsen’ is hun niet onbekend.
  12. De winnaar: Hij loopt de hele dag rond met een veel te grote knuffelbeer, die hij die ochtend gewonnen heeft bij een van de kraampjes.
  13. De passionele operator: Hij leeft voor zijn job. Zijn werk is de beste baan, die hij zich kan inbeelden. Ambiance verzekerd in het instapstation. Bij vertrek van het treintje wuift hij alle inzittenden uit of amuseert hij ze met een high five.
  14. De niet zo passionele operator: Voor hem of haar duurt de dag veel te lang. Het enthousiasme valt af te lezen van hun gezicht. Hun motto is: ‘was het maar al vakantie’.
  15. De persoon met de eeuwige jeugd: Hij of zij moet in elke kinderattractie gezeten hebben. Of ze er nu in passen of niet, dat doet er niet toe.
  16. De look-a-likes: Een groep met dezelfde outfits.
  17. De overbezorgde ouders: Ze laten hun kind geen moment alleen. Hun lievelingsvoorwerp is de kinder-leiband.
  18. De mode-queen: Zij komt naar een pretpark in een jurkje en naaldhakken en heeft schrik van alles wat haar outfit kan vuil maken.
  19. De fotograaf: Van alles moet hij of zij een foto hebben. De groep moet maar telkens wachten totdat hij of zij de perfect foto heeft vastgelegd op de gevoelige plaat.
  20. Het gekke model: Deze persoon springt telkens voor de lens als de fotograaf een perfecte foto wil maken. Konijnoortjes uitbeelden achter de rug van anderen bij de groepsfoto’s is één van zijn leukste bezigheden. Gekke bekken trekken, dat is een lieve lust voor hem of haar.